Oefeningen:Empirische cyclus

Uit Systeemmodellering
Versie door PieterBots (overleg | bijdragen) op 10 nov 2020 om 07:53 (→‎Herhalingsvragen)
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Oefeningen bij het artikel Empirische cyclus

Herhalingsvragen

  1. Benoem de activiteiten in de empirische cyclus en de bijbehorende resultaten.
  2. Welke activiteit is inductief?
  3. Welke activiteit is deductief?
  4. Een theorie moet waarnemingen verklaren. Leg uit waarom de in het voorbeeld van reizigersaantallen genoemde theorie verklarend is.

Meerkeuzevragen

  1. Welke van de volgende twee uitspraken zijn waar?
    (i) Dat Moore concludeerde dat chips elke 2 jaar twee keer zoveel transistoren bevatten, is een voorbeeld van hypothesevorming.
    (ii) Dat Moore zijn waarnemingen in een empirische wet vastlegde, heet generalisatie.
    Alleen (i) is waar.
    Alleen (ii) is waar.
    Zowel (i) als (ii) is waar.
    Noch (i) noch (ii) is waar.

Oefenopgaven