Voorwaarden voor effectieve besturing
De vijf voorwaarden voor effectieve besturing gaan uit van het idee dat iemand een systeem in de door hem/haar gewenste toestand wil brengen of houden. Effectieve besturing van een systeem is pas mogelijk als aan deze voorwaarden wordt voldaan:
- Doelstelling
- Besturing is gerichte beïnvloeding van een systeem. Zonder doelstelling, d.w.z. zonder helder beeld van de gewenste toestand van het systeem, is dat niet mogelijk.
- Voldoende stuurmaatregelen
- Beïnvloeding vereist stuurmaatregelen: instrumenten waarmee je de toestand van het systeem kunt veranderen. Om goed te kunnen besturen moet het aantal beschikbare stuurmaatregelen in redelijke verhouding staan tot de variëteit aan omstandigheden die zich kan voordoen.
- Adequaat model van het bestuurde systeem
- Om te beslissen of je stuurmaatregelen moet nemen (en zo ja, welke) moet je het effect van stuurmaatregelen kunnen voorspellen. Dit vereist een model dat (in elk geval bij benadering) antwoord kan geven op de vraag "Hoe zal de toestand van het systeem veranderen als ik deze maatregel neem?".
- Voldoende informatie
- De toestand van het bestuurde systeem op tijdstip t+1 wordt bepaald door de toestand van het systeem op tijdstip t, veranderingen in de omgeving van het systeem (stuurmaatregelen en omgevingsinvloeden), en de causale relaties tussen de elementen van het systeem. Besturing vereist dus behalve een model ook informatie over de toestand van het systeem en over de omgeving.
- Voldoende informatieverwerkende capaciteit
- Om over te nemen stuurmaatregelen te kunnen beslissen moet de bestuurder binnen één tijdstap de huidige toestand van het systeem beoordelen en de consequenties van alternatieve maatregelen kunnen doordenken.