ModEst:Verslaglegging: verschil tussen versies
(6 tussenliggende versies door dezelfde gebruiker niet weergegeven) | |||
Regel 8: | Regel 8: | ||
Om te voorkomen dat deelnemers per ongeluk het verkeerde bestand uploaden controleert het Presto-systeem of het ingediende Word-documenten bepaalde hoofdstuktitels en trefwoorden bevat, en of de hoofdstukken wel tekst bevatten. Zorg dus dat je verslaglegging de standaardstructuur heeft: per estafettestap één hoofdstuk met precies de bijbehorende titel. | Om te voorkomen dat deelnemers per ongeluk het verkeerde bestand uploaden controleert het Presto-systeem of het ingediende Word-documenten bepaalde hoofdstuktitels en trefwoorden bevat, en of de hoofdstukken wel tekst bevatten. Zorg dus dat je verslaglegging de standaardstructuur heeft: per estafettestap één hoofdstuk met precies de bijbehorende titel. | ||
− | + | <div class="warningbox">'''Let op:''' Vanwege de ''peer review'' moet je verslaglegging geanonimiseerd zijn.<br> | |
− | + | Vermeld dus nergens je naam of studienummer.</div> | |
− | === Verslaglegging over Stap 1 === | + | === Verslaglegging over [[ModEst:Conceptueel_model|Stap 1]] === |
− | + | {{ModEst:Conceptueel_model}} | |
− | + | === Verslaglegging over [[ModEst:Operationeel_model|Stap 2]] === | |
− | + | {{ModEst:Operationeel_model}} | |
− | |||
− | |||
− | + | === Verslaglegging over [[ModEst:Computationeel model|Stap 3]] === | |
+ | {{ModEst:Computationeel model}} | ||
− | === Verslaglegging over | + | === Verslaglegging over [[ModEst:Modeltoepassing en interpretatie|Stap 4]] === |
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
− | |||
§4 Modeltoepassing en interpretatie moet: | §4 Modeltoepassing en interpretatie moet: | ||
Huidige versie van 1 jan 2021 om 20:59
Je verslaglegging van stappen in een modelleerestafette moet functioneel zijn. In vier woorden is dat: volledig – helder – beknopt – sober
- Volledig: De verslaglegging moet alle noodzakelijke onderdelen bevatten; welke dat zijn staat op Presto per stap aangegeven, en wordt verderop in dit artikel nog eens herhaald.
- Helder: Tekst en figuren moeten precies duidelijk maken wat je bedoelt. Je doelgroep is eerstejaars TB-studenten, dus ga uit van dat kennisniveau. Zorg dat de lezer je modelleerkeuzes (systeemafbakening, relevante factoren en relaties, keuze van variabelen en eenheden, experimenteel ontwerp) kan begrijpen. Bouw je tekst betogend op: formuleer nette volzinnen, logisch gegroepeerd in alinea’s.
- Beknopt: Houd je tekst zo kort als mogelijk is zonder onvolledig of onduidelijk te worden. Beperk je tot wat de lezer moet weten over de casus, jouw modelleerkeuzes en modeluitkomsten. Uitleg van begrippen, notaties en technieken die op de wiki worden uitgelegd is dus overbodig. Geef resultaten van je experimenten liever weer in één tabel en/of één lijndiagram met daarin de belangrijkste uitvoervariabele(n) i.p.v. elk experiment apart.
- Sober: Houd je Word-document zo eenvoudig mogelijk. Het gaat primair om de inhoud; de vorm moet ondersteunen. Concreet betekent dat: géén voorpagina of titelblad, géén inhoudsopgave, en ook niet alvast de kopjes voor de nog ontbrekende hoofdstukken. Uiteraard wél meteen een volledige bronnenlijst aan het einde. Maak functioneel gebruik van kleur in je systeemschets, grafieken en je Excel-model, maar teken je schema's (CRD, VSD, TD, modelschema) eenvoudig in zwart-wit.
Om te voorkomen dat deelnemers per ongeluk het verkeerde bestand uploaden controleert het Presto-systeem of het ingediende Word-documenten bepaalde hoofdstuktitels en trefwoorden bevat, en of de hoofdstukken wel tekst bevatten. Zorg dus dat je verslaglegging de standaardstructuur heeft: per estafettestap één hoofdstuk met precies de bijbehorende titel.
Vermeld dus nergens je naam of studienummer.
Inhoud
Verslaglegging over Stap 1
§1 Conceptueel model moet:
- de gegeven casus en onderzoeksvraag introduceren;
- het systeem beschrijven en visualiseren in de vorm van een plaatje waarin de relevante grootheden worden benoemd;
- alle relevante grootheden en relaties definiëren en schematisch weergeven in de vorm van één of meer conceptuele modellen;
- duidelijk maken dat de onderzoeksvraag m.b.v. de gekozen concepten beantwoord kan worden.
Dit laatste punt wordt vaak vergeten, maar is belangrijk. Om te beargumenteren dat je conceptualisatie goed is moet je als het ware "vooruitkijken" in de modelleercyclus: je moet duidelijk maken dat in de volgende stappen de afhankelijke variabele(n) inderdaad (in de loop van de tijd t) o.b.v. de onafhankelijke variabelen berekend kunnen worden.
Verslaglegging over Stap 2
§2 Operationeel model moet:
- logisch voortbouwen op §1 Conceptueel model;
- alle relevante grootheden en relaties representeren in de vorm van consistente modelvergelijkingen;
- deze vergelijkingen duidelijk uitleggen;
- voor elke variabele een geschikte eenheid definiëren;
- laten zien dat de vergelijkingen dimensioneel kloppen;
- laten zien dat m.b.v. deze vergelijkingen de onderzoeksvraag kan worden beantwoord.
Ook nu is het laatste punt weer belangrijk. Je kunt beargumenteren dat je operationalisatie goed is door aan de hand van een modelschema duidelijk te maken dat de modelvergelijkingen inderdaad vanuit de in de onderzoeksvraag gegeven exogene variabele(n) via interne variabelen (in de loop van de tijd t) de gevraagde uitvoervariabele(n) berekenen. N.B. Bij een probabilistisch model moet je, wanneer de onderzoeksvraag om kansen of kansverdelingen vraagt, duidelijk maken dat die kunnen worden bepaald door genoeg replicaties te doen.
Verslaglegging over Stap 3
§3 Computationeel model moet:
- logisch voortbouwen op §2 Operationeel model;
- alle vergelijkingen implementeren in Excel;
- deze implementatie duidelijk uitleggen (vooral wanneer je daarvoor specifieke Excelfuncties gebruikt);
- laten zien dat het model voor gegeven invoerwaarden plausibele uitvoerwaarden geeft;
- de resultaten van een gevoeligheidsanalyse weergeven en bespreken.
Als figuren in deze stap moet je (delen van) screen shots van Excel-werkbladen opnemen die duidelijk maken hoe het model in Excel is opgezet. Verder moet je bij een dynamisch model typisch een lijndiagram opnemen dat het systeemgedrag in de tijd weergeeft, en bij een probabilistisch model bovendien een histogram als om een kansverdeling gevraagd wordt.
De resultaten van de gevoeligheidsanalyse geef je typisch weer in één tabel. Bij probabilistische modellen voer je de gevoeligheidsanalyse in elk geval uit op het gemiddelde (μ); hoe de andere beschrijvende statistieken (σ, MIN en MAX) van de uitvoervariabele(n) veranderen bij een verandering in waarde van een invoervariabele kan uiteraard ook informatief zijn.
Verslaglegging over Stap 4
§4 Modeltoepassing en interpretatie moet:
- logisch voortbouwen op §3 Computationeel model;
- een relevant experimenteel ontwerp beschrijven;
- in een overzichtstabel (of samengestelde grafiek) de belangrijkste uitkomsten van alle experimenten tonen;
- de opmerkelijke overeenkomsten en verschillen (vergeleken met het basisscenario) in modeluitkomsten bespreken en zo veel mogelijk verklaren o.b.v. de modelvergelijkingen en gekozen invoerwaarden;
- op basis van die modeluitkomsten expliciet en kwantitatief antwoord geven op de onderzoeksvraag;
- ingaan op de beperkingen van het model.
Bij dit laatste punt gaat het erom dat je duidelijk maakt welke beperkingen het gevolg zijn van gemaakte modelleerkeuzes, i.h.b. de selectie van variabelen en relaties, de mate van idealisering, gekozen parameters (en kansverdelingen), enz. N.B. Evidenties van het type "elk model is een vereenvoudiging van de werkelijkheid" hebben geen toegevoegde waarde, dus laat die vooral weg.
Omdat dit de laatste stap van de estafette is moet het einddocument zelfstandig leesbaar zijn. In de eerste alinea moet worden vermeld dat het verslag doet van een modelleerestafette in het kader van de module Systeemmodellering 1 van de opleiding Technische Bestuurskunde.
Het document moet een sobere maar verzorgde layout hebben. Figuren en tabellen moeten logisch genummerd en van onderschrift voorzien zijn; vergelijkingen moeten doorlopend genummerd zijn.